Nu verre reizen voorlopig niet op de agenda (kunnen) staan, leek het ons een goed idee om het voor ons nog vrij onbekende noorden van Frankrijk te verkennen tijdens onze traditionele ‘de-kids-zijn-op-scoutskamp-vakantie-met-zijn-twee’.

We lieten Niels van @budgetcamper een houten camperbox maken op maat van de koffer van onze VW Multivan (onze familiewagen) zodat we comfortabel in de auto konden slapen en dus geen gedoe hadden met het opzetten en afbreken van de tent… 😉

 

 

En dat bleek een succes te zijn!

Telkens héérlijk geslapen, bagageruimte genoeg nog onder de bak en opgezet en ingepakt in een paar minuutjes.

Ideaal voor een roadtrip zoals deze dus.

Je betaalt ook niet voor een camperplaats of tent op de camping, maar gewoon voor je wagen, twee personen en elektriciteit (indien gewenst).

Dit maakt dat we overnachtten voor een bedrag tussen de 16 en 24 euro per nacht.

 

 

Wil je weten hoe het precies werkt en voor welke wagens het nog allemaal kan of wil je gewoon meer informatie over @budgetcamper,

klik dan zeker hier, niet gesponsord btw 😉

 

 

Byevamaria stippelde een leuke route uit langs verschillende kleine en minder kleine, charmante dorpen en steden en off we went!

Beetje Columbusgewijs reden we vooral langs kleinere en tragere wegen, maar we sliepen wel steeds op een camping aangezien onze auto natuurlijk niet over sanitair beschikt.

 

 

Dit is de route die wij volgden:

Chimay – Signy-le-Petit – Reims – Verzenay – Verzy – Val-de-Vesle -Chigny-les-Roses -Hautvillers – Saint-Riquier – Amiens – Cap Blanc-Nez – Watou – Poperinge

 

Wat hieronder volgt is zéker geen volledige routegids van alles wat er daar overal te zien en te doen is,

eerder wat impressies van wat wij deden en wat wij leuk vonden (en jullie kennen mij al, veel foto’s dus en wat minder tekst… ;-))

maar hopelijk kan het jullie hier en daar misschien inspireren!

 

Beginnen deden we in onze eigenste ‘d’Ardennen’, namelijk in het charmante Chimay.

Een verrassend mooi dorpje met een kasteel en een marktplaats.

 

 

We lunchten er onverwacht hip bij Le comptoir d’Oscar. 😉

 

 

In de nabijgelegen Abdij van Scourmont is het mooi en rustig om even te wandelen…

 

 

vooraleer je van een frisse Chimay kan genieten in de alombekende Auberge de Poteaupré, die net voor de abdij gelegen is.

 

 

Van daaruit was het niet ver tot de Franse grens en we sliepen dan ook net over die grens, op de boerenbuiten in het dorpje Signy-le-Petit.

 

 

De kleine boerencamping (met zéér ruime plaatsen) waar we verbleven, ligt net even buiten het dorp, wat betekende dat we nog een avontuurlijke avondwandeling konden maken door bos en weiland om ’s avonds een frietje te gaan eten in de lokale friterie… heel mooie omgeving!

 

 

De volgende ochtend reden we door naar Reims.

Wat een mooie, propere stad is dat zeg!

Alles heel netjes en het centrum zo goed als verkeersvrij. ook helemààl niet druk, ook al was het zaterdag.

Heerlijk dus!

 

 

Koffie dronken we bij het leuke J’aime Thé Café.

 

 

Lunchen deden we aan het stadhuis op het zonnige terras van La Braise, prijs-kwaliteit van het dagmenu, het bier én de bediening: écht super!

Aanrader dus.

 

 

De kathedraal is imposant en helemaal gratis te bezoeken.

De Chagall glasramen een must-see!

 

 

Geen Reims natuurlijk zonder één van de grote champagnehuizen te bezoeken.

 

 

Een apart bezoek bij onze grote favoriet Veuve Clicquot plannen we hopelijk later dit jaar nog in zodat we nu door toedoen van vrienden onverwacht bij het huis Pommery-Vranken belandden.

Je daalt er de trap af naar de kelders en bezoekt er de lange keldergangen (met verrassende moderne kunst!) en nadien drink je terug boven nog een glaasje.

Je hebt verschillende formules. Wij deden gewoon de self-tour met tasting (20 euro) en keerden tevreden terug. 😉

Tip: wandel nadien zeker eens het Park du Champagne in dat aan de overkant gelegen is.

 

 

Onze camping die dag lag op een kwartiertje rijden buiten Reims, in Val-de-Vesle.

Vandaaruit bezochten we heel makkelijk de Champagnedorpjes Verzenay en Verzy.

 

 

Het bos van Verzy, gelegen in het Regionaal Natuurpark het Gebergte van Reims, bevat tal van kromme beuken, les Faux genoemd. Ze hebben vormen die vrij ongewoon zijn.

De bomen zijn beschermd en kan je ontdekken via wandelpaden.

Het was natuurlijk zomer dus moesten we wel onder het bladerdak gaan piepen om te kijken hoe de bomen zich in allerlei bochten wringen.

 

 

In het charmante Chigny-les-Roses werden we hartelijk verwelkomd door een lokale wijnboer, Vincent Gerlier die ons liet proeven van zijn champagnes en ons nadien vriendelijk hielp met inladen…

 

 

We vervolgden onze trip langs het bijzonder charmante Hautvillers.

Het dorp Hautvillers ligt in het hart van het Gebergte van Reims en is de wieg van de champagne.

Het is inderdaad hier, in de oude Benedictijnerabdij van Hautvillers, dat Dom Pérignon de methode van de champagnisering ontdekte.

Het graf van Dom Pérignon ligt dan ook in de abdijkerk en kan je bezoeken.

Hautvillers is echt een wijndorp waar de huizen versierd zijn met gietijzeren uithangbordjes.

 We wilden eerst iets drinken in het lokale dorpscafé, maar dat was volzet.

Toeristen kennen duidelijk de weg naar dit dorp…

 

 

We proefden dan maar van de lokale specialiteiten in Au 36 in de Rue Dom Perignon en dat was best ok!

 

 

En dan… Amiens.

Dit vonden Eva en ik echt ook een hele fijne stad.

Het was maandagvoormiddag en de stad leek nog te slapen, zo rustig was het hier.

Het water op verschillende plaatsen in de stad zorgt voor gezelligheid, cafés en bistro’s zijn er in overvloed en ook de tuinen van de Hortillonages (volkstuintjes verbonden door kanalen) zijn je bezoek waard.

 

 

Ook de kathedraal van Amiens is gratis te bezoeken en echt indrukwekkend.

 

 

We sliepen niet in Amiens zelf, maar in het nabijgelegen Bertangles, op de mooie, rustige Camping du Château.

Dit was onze favoriete camping omwille van twee redenen: mooi gelegen naast het Château de Clermont-Tonnerre én bij de receptie verkochten ze koele rosé. 😉

 

 

Op weg naar de kaap de dag nadien passeerden we eerst nog het mooie Saint-Riquier.

 

 

Nadien ging het verder richting kust.

 

 

De natuurpracht van de twee kapen (Blanc en Gris-Nez) is overweldigend.

We wandelden van Cap Blanc-Nez naar Wissant en terug.

Onderweg is het genieten van de zee, de lucht, het zicht op de Engelse krijtrotsen, de koeien en schapen…

 

 

’s Avonds is het ook dé uitgelezen plek om de zonsondergang te bewonderen.

 

 

Wissant is een leuk stadje hier aan de Opaalkust dat pal tussen Cap Blanc-Nez en Cap Gris-Nez ilgt. Het is vooral geliefd bij wandelaars, surfers en kitesurfers, maar op een zonnige dag als deze ook duidelijk bij strandgangers. Het was er dan ook erg druk wel.

 

 

We belandden er tweemaal in de beachbar La Plage… leuke plek, goeie cocktails. 😉

 

 

Een bordje lokaal seafood aten we nadien op het eenvoudige terras van Les Sirènes.

Geen poespas hier, plastieken stoeltjes, maar de bediening was super vriendelijk, het eten lekker en de view heel erg ok!

 

 

’s Avonds bezochten we eerst nog even Cap Griz-Nez  (vanwaar je mooie uitzichten hebt over de baai van Wissant en Cap Blanc-Nez) en keken we nadien naar de zonsondergang vanuit onze ‘camper’.

 

 

Onze trip eindigen deden we in West-Vlaanderen, namelijk in Watou en Poperinge.

Watou, bekend van o.a. het kunstenfestival (is nu uitgesteld naar 2021 – je kan er deze zomer wel een gedichtenroute fietsen) is écht een mooi Vlaams dorp.

 

 

We lunchten er in stijl bij Bar Bernard (Brouwerij Sint-Bernardus) waar je vanop het rooftopterrace uitkijkt over de hopvelden en het mooie heuvelland.

 

 

We hielden nadien nog even halt op Nine Elms, een Brits oorlogskerkhof en dronken een laatste koffietje op de grote markt van Poperinge.

 

 

And that was it.

Fijn tripje, al zeg ik het zelf.

Bol… wanneer zijn we opnieuw weg??

 

 

Dit zijn de campings waar we verbleven:

In Signy: Camping du Pavillon

Gezellig kleine camping op de boerenbuiten.

In de Champagne : Camping Val de Vesle

Rustige camping ideaal gelegen om Reims en de champagnestreek te verkennen

In Amiens (Bertangles): Camping du Château

Mooi en rustig gelegen naast het kasteel, aanrader!

In Cap blanc-nez: Camping Le Blanc Nez

dichter bij de kaap kan je niet slapen, beetje drukker, beetje toeristischer dan alle vorige, maar nog steeds heel erg ok.